Gemengde gevoelens
Gemengde gevoelens
Gemengde gevoelens
Op 25 december 2006 reed ik weer richting ziekenhuis omdat de intensivist me overtuigde dat na het waken een warme douche en wat eten me goed zou doen. Toen ik de dijk opdraaide ging de telefoon en enkele minuten daarvoor was het alsof er in mijn buik iets werd afgesneden. Kalm nam ik op… ik denk dat u wel weet waarom ik bel, uw moeder is zojuist overleden.
80 jaar is ze geworden, van beschermende oer-moeder tot vriendin. Toen er in 2004 darmkanker werd geconstateerd veranderde onze band. Het staat me nog zo voor de geest, het Zeeweg ziekenhuis in een benauwd kamertje, het slecht nieuws gesprek. Ga ik dood dokter? In de auto op de parkeerplaats vroeg ze, moet ik stoppen met roken Ton, wat denk jij? Blijf maar gewoon roken mam, dat lijkt me het beste. Huilend zei ik, ik vind het zo kut voor je. Rij maar naar huis Ton… koffie en een sigaret op de Lange Nieuwstraat. Een benedenwoning waar ze met mijn vader, die toen nog leefde, eind jaren 90 betrokken.
Zoals vele woningen waren de tussen muren dun, opgetrokken uit een slak en cement mengsel van de Hoogovens. Net als de flat in de van Ostadestraat erg gehorig. Ik kan me nog herinneren dat, terwijl ik bij mijn ouders zat te eten, de buurvrouw boven luidruchtig kreunde en gilde; ga door, ga door, jaaaaaa. Het veraangenaamde de Hollandse culinaire armoede gepresenteerd op een fantasieloos bord van dik bruin glas maar was wel gênant. De ruzies die ik als peuter hoorde en niet kon slapen, mijn bed uit klom en de kamer binnen wandelde… papa moet mama niet slaan. Het was niet mijn moeder die geslagen werd maar de buurvrouw.
Op de Haarlemse huishoudbeurs toonde een demonstratrice hoe ze de rösti een mooie goudbruine kleur gaf met paprikapoeder, sinds die dag werd nagenoeg alles voorzien van een laagje paprika. Ik weet nog dat ze voor het eerst macaroni maakte, macaroni met boter en suiker. Ze kon goed bakken en koken maar ik ben geen liefhebber van de Hollandse pot. Vrijdags aten we vis, niet zoals nu maar eerst rijstebrij met boter en suiker. Als je dat had gegeten kreeg je één gebakken schol met als toetje yoghurt met beschuit en suiker.
Ze was te recht door zee, te direct voor haar eigen bestwil. Zo werkte ze in de slagerij en werkte voor een baas die zijn personeel soms voor schut zette, uitschold en niet altijd netjes uitbetaalde. Op vrijdag na sluitingstijd sprak Marie hem erop aan, hij liep woedend de deur van de winkel uit en kwam weer terug. Tegen mijn moeder gebaarde hij dat ze door de deur moest waarop ze gevat antwoordde, nee .. gaat u maar, het vuil gaat voor de bezem. Zo wil je toch ontslagen worden? Strijdend tegen het onrecht.
Ze wilde tompoezen kopen bij de HEMA en ze wees naar de tompoezen voor in de koeltoonbank. De verkoopster gaf andere waar duimafdrukken op stonden. Nee, die wil ik niet, ik wil die! En ze wees nogmaals. De verkoopster zei, deze kunt u krijgen waarop mijn moeder de tompoezen pakte op het witte karton en ze tegen de verkoopster gooide… zo, nu heeft u ze terug. Dit resulteerde in een verbod om nog de HEMA in te mogen volgens de manager. Diezelfde manager verwelkomde haar met een bos bloemen en excuses een paar weken later. Moeder Marie had de directie van de HEMA een brief geschreven… zijn ze nou helemaal besodemieterd, wat denkt die snotaap wel niet, ik hoor het haar zo zeggen in mijn hoofd.
Na de operatie zou ze bij mij blijven maar na een paar dagen bleek dat ze een dubbele longontsteking had en werd op de IC geïntubeerd, aangesloten op de beademing en in coma gebracht. Zodoende kreeg men tijd om uit te zoeken welke bacterie het was en al met een kuur te beginnen. Ik pendelde van mijn werk naar het ziekenhuis, naar huis en weer naar het ziekenhuis. Met een wit kunststof staafje voorzien van groen sponsje mocht ik haar lippen bevochtigen. Toen ze gecontroleerd uit haar coma ontwaakte kon ze niet spreken omdat de intubatie buis haar stembanden had opgerekt. Ze keek me aan en ik pakte haar hand. Mam ik noem letters in jij knijpt in mijn hand. A, B, C, D, E, J en ze kneep. Na 20 minuten werd het duidelijk, jij bent mijn kind en ze wees naar haar buik. Ze knapte op en toen ze thuis was knapte ze geleidelijk weer af.
Ik waakte… luisterde of ze nog ademde, de hele nacht en putte mezelf uit. Ik had het bureau indicatie zorg gevraagd of er een zuster in de nacht kon komen. Het antwoord was schokkend. Zo, meneer wil lekker op wintersport met de kerst? Ik zei sterf maar en hing op. Ze zat rechtop in haar stoel voor het raam, mag ik een sigaretje Ton? Natuurlijk mag dat mam… dat was eigenlijk ons laatste gesprek en ze wist het.
Daar lag ze, vredig … mijn moeder is eerste kerstdag gestorven en kerst is nooit meer kerst geworden voor mij.
Dag Marie, ik mis je x
Reacties
Een reactie posten