Zomer 2025 – Hitte in de Schaduw Zomer 2025. Ik ben 62 nu. De zon brandt twee dagen op het dak alsof hij het op ons gemunt heeft. Vroeger vond ik de zomer een feest — nu is het iets om je tegen te wapenen. Zodra ik wakker word, druk ik op het knopje: rolluiken omlaag, zonnescherm uit. Alles om die verzengende hitte buiten te houden. De airco bromt zacht op de achtergrond. Niet te hard, niet te koud — ik wil geen keelpijn, alleen overleven. Op tv begint het NOS Journaal. Natuurlijk weer over het weer. “Code oranje”, zeggen ze. “Let op kwetsbare groepen, drink genoeg, vermijd inspanning.” Ik knik, alsof ik aangesproken word. Het Nationaal Hitteplan is weer van kracht. Overal koele plekken, waarschuwingsapps, hittecoaches in zorginstellingen. Het klinkt allemaal logisch, maar het maakt me ook weemoedig. Vroeger stapten we gewoon op de fiets. Ik loop naar de vriezer en haal een Hertog-ijsje tevoorschijn — citroenijs, mijn favoriet. Op de achtergrond piept de nieuwslezer: “Zwemmen in ...
Posts
Posts uit juni, 2025 tonen
Het verschil: Zomer 1976 – Hittegolf in IJmuiden
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Het was de zomer van 1976. Ik was dertien jaar oud en de zon scheen wekenlang alsof het nooit meer op zou houden. Alles trilde in de hitte – de straten, de huizen, zelfs de lucht. Geen zuchtje regen, alleen warmte, droogte en dat allesoverheersende licht. Op een van die bloedhete dagen stapte ik op de fiets naar IJmuiderslag. Het zadel brandde bijna door mijn korte broek heen, maar ik trapte door – de wind door mijn haar, mijn sandalen bungelend aan mijn tenen. IJmuiden achter me latend, klom ik langzaam omhoog de duinen in. Daar, tussen het helmgras, voelde de wereld even anders. De lucht rook naar droog zand en zout. Het gras ruiste zacht in de wind. Boven op het duin voelde ik de eerste streling van de koele zeebries – een zeldzame verademing na die verstikkende warmte van de stad of dorp. Helder, diepblauw, zonder de gebruikelijke schuimkoppen. We renden met een paar vrienden het strand op, gooiden onze handdoeken in het zand en renden de golven in, zonder nadenken. Het koude water...
Ochtend bij Bevertalsperre
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Ik was tien jaar oud en de wereld was overzichtelijk: een kleine caravan, een voortent, en het geluid van kabbelend water en de tuidraden tegen de masten van de zeilboten in de verte. De ochtend begon altijd met dat ene geluid. Zzzrrt. De rits van de voortent. Mijn vader deed het langzaam, alsof hij de dag niet wilde storen. Het was nog stil op de camping. Het rook naar nat gras en dennenbomen. De dauw plakte aan mijn schoenen toen ik de grijze houten trap afstapte. De stoelen stonden nog precies zoals we ze de avond ervoor hadden achtergelaten, wat scheef, met een dekentje over de rugleuning dat nu klam aanvoelde. “Broodjes?” vroeg mijn vader zacht, alsof hij het niet hardop durfde te hopen. Ik knikte. Dat was mijn taak. Met een klein stoffen tasje om mijn schouder begon ik aan de klim. De weg slingerde omhoog, langs andere caravans, voorbij een Duitse man die me slaperig nakeek, en een caravan met een vers gestrikt waslijntje ertussen. Mijn schoenen lieten sporen na in het natte gras...
Buitenlucht
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Het was ergens in de jaren zeventig, in een tijd waarin de wereld groter leek, maar het leven simpeler was. We groeiden op in een buurt waar de stoepen nog krijtgrenzen kenden en de straten het decor waren van eindeloze spelletjes. Smartphone? Die bestonden niet. Als je iets wilde weten, dan vroeg je het gewoon. Als je wilde spelen, dan stond je op de stoep en riep je: “Kom je buiten?” en voor je het wist, was er een hele stoet kinderen op de been. We speelden bordje tik, met onze gympen die al weken geen veters meer hadden. Eén iemand moest ‘m zijn, de rest rende, dook, verstopte zich achter auto’s of struiken. Het bordje, een tuinhek of een lantarenpaal, was het heilige doel. Bereikte je het op tijd, dan was je vrij. Maar het échte avontuur begon pas verderop, in het duin. Daar waar het zand mul was en de wind altijd leek te waaien. We sjouwden met oude dekens, touwen en houten planken om hutten te bouwen. Soms vond je een oude bunker, half bedolven onder het zand. Duister, myste...
Schloss Burg
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Soms zijn er van die momenten waarop je terug zou willen. Terug over het warme asfalt van de parkeerplaats, onder de poort door, naar die ene plek. Het was maar een ritje van een kwartier, van de Oberstraße naar Schloss Burg. Maar voor mij voelde het als een vakantie-uitje, alsof we ergens ver weg waren. Ik hield van Solingen zoals het toen was. Waar mensen nog Solinger Platt spraken, ruw en warm tegelijk – het klonk als thuis. De mannen die je tegenkwam op straat, soms met een ooglapje, een zwarte hand, op krukken…. Allemaal waren ze gewond, gewoon blind van vertrouwen. ’s Ochtends haalde ik bij Frau Lei verse warme broodjes. Daarna een pakje Ernte 23 bij het Büdchen, zoals altijd. Dan terug, door het ijzeren hek, over het knarsende grindpad naar de trap voor de zware voordeur. Er zat een houten spie onder zodat hij open bleef staan. Door de gang met de rode loper, naar de woonkamer – de houten deur in het familiehuis. Het huis ademde alles wat ik kende. De geluiden, de geuren – het l...